Kritiekmodel

“Zo, ouwe rioolrat”, hoor ik achter me als ik ons portiek op wil lopen. Niet zozeer de geuzennaam zelf, als wel de stem die het uitspreekt, doen mijn nekharen defensief rijzen. Als ik me omdraai, kijkt onze coronakritische buurman Nick mij breedgrijnzend aan. “Jou moest ik net hebben!”, gromt hij. “Dat kan ik me nou niet voorstellen”, reageer ik cynisch, want onze leefwereld kent weinig overeenkomsten. Even kijkt Nick argwanend om zich heen, stapt daarna ongevraagd het comfort van mijn anderhalvemeterzone binnen en fluistert dan op samenzweerderige toon: “Ik kan jou bewijzen dat dit allemaal een complot is.” “Wat allemaal precies?”, vraag ik quasi onnozel, want net als u voel ik waar dit gesprek heengaat. “Die hele coronacrisis natuurlijk!”, sputtert de buurman. “En waarom nu weer?”, zucht ik afwerend, maar Nick blijkt blind voor mijn non verbale communicatie. “Hou gewoon je kop even en luister!”, verordonneert hij. Ik zet mijn tas neer en neem plaats op een portiektrede.

“Wanneer hoorde jij voor het eerst over het succes van dat Nederlandse coronavaccin?”, begint de buurman zijn kruisverhoor. “Nou ja, het is geen Nederlands vaccin”, corrigeer ik hem, “maar een vaccin wat voor Nederland besteld is. In elk geval was dat maandagochtend.” “Precies!”, roept de buurman enthousiast. “En wanneer hoorden we dat de besmettingscijfers weer zo hoog opliepen?” “Een dag later”, antwoord ik. “Juist!”, juicht hij nu. “En ondertussen heeft niemand binnen die staatsmedia van jou het verband gelegd.” “Welk verband?”, vraag ik nu verwonderd. “Moet ik het dan voor je uittekenen?”, spettert Nick vol onbegrip mijn gezicht vol. “Dat vaccin is in aantocht, dus gaan de regering en de media strooien met oplopende besmettingscijfers. Paniek zaaien, zodat al die volgzame schaapjes over vijf maanden net zo hard schreeuwen om dat vaccin als ze nu om die mondkapjes doen.” “Tsja”, reageer ik schouderophalend. “Dan zijn we tenminste wel van die anderhalvemetersamenleving af waar je eerder deze maand nog tegen stond te protesteren op het Malieveld.”

Mijn grapje valt blijkbaar niet in goede aarde. “Je denkt toch niet dat ik dat gehoorzaamheidsprikkie straks echt ga halen, hè?”, geeft buurman Nick als tegengeluid. “Ik ga geen chip laten inspuiten die binnen drie jaar een volgzaam 5G schaap van mij maakt. Kijk, jij bent al opgegeven, maar ik ga niet aan het handje lopen van de regering en de farmaceutische industrie die ons willen onderwerpen met dit soort angstberichten!” Na deze woorden kijkt hij me vol triomf aan. “Het is net of ik Doutzen Kroes hoor”, zeg ik minzaam glimlachend. “Dat is anders wél een hele kritische vrouw”, bevestigt de buurman mijn vermoeden. “Die ziet tenminste verbanden waar jij je ogen voor sluit!”

“Ik denk niet dat we er uitkomen”, besluit ik en sta op. “Dat wordt zeker weer een avondje op de bank?”, concludeert Nick Spottend. “Jij niet dan?”, vraag ik zorgelijk. “Nee, ik heb een feestje op de Steijnlaan”, grijnst hij. “Mijn neefje heeft zijn diploma gehaald en zijn hele klas is uitgenodigd in die portiekwoning van hem.” “Je drijft het écht op de spits hè”, roep ik geïrriteerd. “Welnee!”, lacht hij. “Corona is in die hele wijk geen issue!” “En wie zegt dat?”, vraag ik cynisch. Opnieuw wandelt de buurman mijn veiligheidszone binnen, maakt zich breed en zegt zegevierend: “De wijkbewoners zelf! Kijk jij nooit tv? Of is SBS6 te min voor een rioolrat?”

Leave a reply