Woordeloos

Misschien is hij vorige week 72 geworden, maar de pijnlijke waarheid is dat ik al jaren geen idee heb hoe het met mijn oude buurjongen Rudie is. Dat ik hem niet aanduid als buurman heeft niets te maken met een gebrek aan eerbied voor ouderen, maar aan het feit dat Rudie bij zijn geboorte te weinig zuurstof kreeg, waardoor hij niets kon zeggen of horen en bleef steken in de belevingswereld van een zesjarige jongen. Zijn wieg stond in de laatste benedenwoning aan het oneven deel van de Antheunisstraat en al sinds de jaren vijftig kwamen generaties kinderen bij de familie Overvest over de vloer. In het kielzog van mijn oudere zus en buurmeisjes, volgde ook ik halverwege de jaren tachtig en maakte zo kennis met deze zesjarige jongen in het lichaam van een veertiger met zéér prikkelende baardgroei.

Wat mij als eerste aan Rudie opviel, was dat hij altijd een foto- of videocamera in de hand waarmee hij alle facetten van zijn dagelijks leven nauwgezet documenteerde. Tegen die camera praten was makkelijk, communiceren met Rudie zelf bleek een stuk lastiger. Met zijn ouders sprak hij in gebarentaal, maar voor ons was dit lexicon te ingewikkeld om op te pakken. Moeder Overvest moest daarom altijd als tolk optreden.

De eerste donkere wolken boven Rudie’s eindeloze jeugd pakten zich eind jaren tachtig samen, toen zijn vader ernstig ziek werd en de zorg voor Rudie werd ondergebracht bij een gespecialiseerde instelling in het oosten van het land. Zijn vader herstelde, maar voortaan logeerde Rudie alleen nog in de schoolvakanties bij zijn ouders in Den Haag. Voor zijn verjaardag werd echter een uitzondering gemaakt. Dan mocht hij van begin oktober tot het eind van de herfstvakantie in de Antheunisstraat blijven. Die verjaardagen waren niet alleen groot feest voor hem, maar voor alle buurtkinderen die geregeld bij de familie Overvest over de vloer kwamen. Het partijtje begon altijd in de tuin, waar iedereen twee confettikanonnetjes in de hand gedrukt kreeg, die na ontploffing steevast een stenen beeldje bevatten van een aandoenlijk ogend dier. De zeehond en ijsbeer uit deze collectie staan tot op de dag van vandaag in mijn vitrinekast. Na het knalgeweld kregen we binnen limonade en wierpen we ons op de eindeloze voorraad spelletjes en tekenmateriaal. Aan het eind van het feest werden de foto’s van het vorige bezoek uitgedeeld en schoot Rudie snel nog wat nieuwe plaatjes. Voor moeder Overvest sneed het mes bij deze aandacht voor haar jongste zoon aan twee kanten. Er kwamen regelmatig speelkameraadjes over de vloer, maar tegelijkertijd probeerde ze op speelse wijze bij te dragen aan de emancipatie voor mannen zoals Rudie. “Ik hoopte jullie zo te laten zien dat deze mensen niet gek zijn”, vertelde ze jaren later.

Toen zij op haar 88e weduwe werd, bleef zij in de schoolvakanties de zorg voor haar gehandicapte zoon op zich nemen. Op haar 93e haalde moeder Overvest zelfs nog de krant als debuterend actrice in het Laaktheater. Pas toen ze later dat levensjaar zelf afhankelijk werd van thuis- en mantelzorg, droeg ze de verantwoordelijkheid voor Rudie definitief over aan de instelling in het Oosten.

Toen het duidelijk werd dat het einde voor moeder Overvest definitief naderde, kwam haar oudste zoon om de hoek kijken, die de thuishulp de deur wees en lokale mantelzorgers weerde. Haar overlijden werd mondeling aan naaste buren bekend gemaakt, vergezeld van de mededeling dat niemand welkom was op de crematie. Daags na de uitvaart liet hij een container voor de deur zetten, waar de volledige huisraad van zijn ouders én het archief van zijn jongere broer onbarmhartig in verdwenen. De mantelzorgbuurvrouw die voorzichtig kwam informeren of ze misschien Rudie’s adres mocht hebben voor een condoleancebezoek, werd weggehoond met de mededeling dat dit niet nodig was. Hij wist zeker dat zijn broertje het verlies van hun moeder niet lang zou overleven.

Een droevig eind aan een dierbaar hoofdstuk uit mijn jeugdjaren, maar één lichtpuntje is toch dat de missie van moeder Overvest geslaagd is als het gaat om de wijze waarop de kinderen uit onze straat altijd zijn omgegaan met mensen zoals Rudi. Toch jammer dat haar oudste zoon zo’n vreemde vogel was…

 

Leave a reply